AOW vervolg:
Hoe bouw ik AOW op?
De AOW bedraagt 2% van het volledige AOW pensioen voor ieder jaar dat iemand tussen zijn of haar 15e en 65e jaar in Nederland heeft gewoond en niet in het buitenland heeft gewerkt. Het gaat er dus met name om dat je tot tussen je 15e en 65 in Nederland hebt gewoond, je hoeft dus niet gewerkt te hebben. Echter niet-werkende partners van mensen die in het buitenland werken bouwen meestal geen AOW op. Er bestaan diverse verzekeringen waarmee Nederlanders die in het buitenland wonen en werken zich vrijwillig kunnen bijverzekeren om een eventueel AOW gat aan te vullen.
Hoe hoog is de AOW?
De AOW voor alleenstaanden bedraagt (in 2007) 70% van het minimumloon, de AOW voor gehuwden en samenwonenden is 50% van het minimumloon per persoon.
Momenteel kunnen AOW trekkers met een partner beneden de 65 kunnen nog een toeslag op de AOW krijgen. Deze toeslag is het enige inkomensafhankelijke element in de AOW. In 2015 zal de toeslag op het AOW pensioen verdwijnen. Mensen die 65 jaar worden op of na 1 januari 2015, kunnen zodoende
niet in aanmerking komen voor een toeslag op hun AOW pensioen.
Waaruit wordt de AOW bekostigd?
De AOW wordt betaald volgens het omslagstelsel. Dit betekent dat de AOW voor het grootste deel uit de AOW-premie, een vast percentage van het inkomen beneden de premiegrens van belastingplichtigen beneden de 65. In de praktijk is de AOW-premie een belasting over een deel van de inkomsten in Box 1.
Bovendien geeft de overheid een bijdrage uit de algemene middelen.
De betaling van de AOW wordt uitgevoerd door de Sociale Verzekeringsbank.
Hoe moet het nu verder met de AOW?
Al vele jaren bestaan twijfels of de AOW bij de verwachte vergrijzing ongewijzigd gehandhaafd kan worden. De laatste jaren is deze vrees eigenlijk alleen maar reëler geworden.
In de jaren 90 werd er een AOW fonds opgericht. Financiële meevallers zouden door de minister van financiën in dat fonds worden gestort om de gevolgen van de vergrijzing op te vangen. Na 2000 rees opnieuw onrust over de toekomst van de AOW.
Deze onrust speelt eigenlijk iedere keer weer een rol in de verkiezingscampagnes. Sommige partijen stellen een verhoging voor van de AOW leeftijd naar 67 jaar.
Hierdoor zou het dus voor velen onmogelijk worden om eerder met pensioen te kunnen en worden dan gedwongen om langer door te werken. Het mes snijdt hierbij aan twee kanten, er hoeft dan namelijk minder AOW uitbetaald te worden, plus er wordt langer aan de AOW meebetaald.
Verder is het niet duidelijk hoe hoog de AOW zal zijn op het moment dat je daar recht op zou hebben. Het pensioen dat je nu opbouwt is echter wel gebaseerd op een bepaalde hoogte van de huidige AOW. Het is dan ook zeker niet denkbeeldig dat het nu opgebouwde pensioen niet toerijkend zal zijn op het moment van uitkering.
Het is natuurlijk mogelijk om aanvullende maatregelen te nemen om dit risico te beperken. Er zijn diverse pensioen verzekeraars die hier verschillende pensioen verzekeringen voor aanbieden.
Uiteindelijk is het nog onduidelijk wat de politiek en de toekomst ons in het kader van de AOW gaan brengen, maar dat er iets gaat wijzigen lijkt duidelijk. (maart 2008)
|